Veel weten we niet van hem, eigenlijk bijna niets! In ambtelijke stukken wordt hij vermeld met een alias: ‘den orber'. Reden genoeg om te trachten uit te vinden wat ‘orber' betekent.
De Van Dale gaf geen uitsluitsel, internet dus.
Het woord ‘orber' komt voor in het fabeldicht Reinaert de Vos, in een enkel drama en processtukken. Daar betekent het arbeid, verbruiking, zuiniglijk, voordeel, gebruiker. Niet echt duidelijk wat dit met de voor-opa te maken heeft. Misschien de laatste betekenis, omdat er een officieel stuk is waarin hij grond pacht
Een kleindochter van Jan (1674-1723) wordt gekend als Jannighien Wouters den Orber of Jannighien Orbers naar haar vader Wouter Janszn. (den) Orber.
Al met al ben ik na een hele middag zoeken niets opgeschoten. Wie o wie weet de verklaring van het gezochte woord?